Als voorzitter van Aedes is Marnix Norder dagelijks betrokken bij de belangenbehartiging van woningcorporaties. Dat hij nu bij het project Drenthe Woont Circulair mag jureren, ziet hij als een eer. ‘Waar ik op ga letten? Of een concept ook echt wérkt.’
‘Na mijn studie begon ik als beleidsmedewerker bij het ministerie van VROM. Dat was in de tijd dat zure regen een hot item was. Verduurzaming was toen ook al een thema, maar circulariteit is echt van de laatste tijd. Ik vind het best opmerkelijk dat Nederland nu pas bezig is met het circulariteitsvraagstuk, terwijl men daarmee in het buitenland al verder is. We zitten hier als landje maar op een kleine oppervlakte; áls er een land is dat grote afvalbergen niet kan gebruiken, is het Nederland wel. Hergebruik is hier de meest logische oplossing.’
Strippen en hergebruiken
Marnix Norder is inmiddels bijna drie jaar voorzitter van Aedes, de Nederlandse branchevereniging van woningcorporaties. Eerder was hij politiek actief, onder meer als wethouder in Den Haag met als portefeuille Stadsontwikkeling, Volkshuisvesting en Integratie. Norder vervulde diverse bestuurlijke functies op landelijk, regionaal en lokaal niveau.
Circulariteit is ook een van de bouwstenen onder Steenvlinder, het bedrijf waarvan Norder een van de initiatiefnemers is. ‘Wij faciliteren zelfbouw- en klushuisprojecten en hanteren het principe ‘niet slopen, maar strippen en hergebruiken’. Gebruik maken van het gebouw dat er al staat. En dat vervolgens zo duurzaam mogelijk opbouwen met milieuvriendelijke en innovatieve oplossingen.’
Rentmeesterschap
Duurzaamheid is een must, vindt Norder. ‘Zelf heb ik drie kinderen, tussen de 17 en 23 jaar. Zij staan symbool voor de volgende generatie. En ze zijn – terecht – kritisch. Ik wil ze rentmeesterschap nalaten waar ik trots op kan zijn. Ik wil het gesprek met ze kunnen aangaan, ze kunnen uitleggen waarom ik de dingen doe die ik doe.’
Trial and error
‘Het initiatief van de corporaties vind ik prachtig. Ik ben erg nieuwsgierig naar de ontwikkelingen. Wat circulair bouwen aangaat, staan we nog maar aan het prille begin. Het is nu een kwestie van meters maken, ervaring opdoen en onderweg de kinderziektes eruit halen. In zo’n fase als deze zul je af en toe met je kop tegen de muur lopen. Je komt dingen tegen waar je geen rekening mee hebt gehouden. Budgettair, organisatorisch. Ik ervaar dat ook bij Steenvlinder: het is soms trial and error. Ik hou van dat proces. En ik mag graag zien dat maatschappelijke organisaties – zoals woningcorporaties – de randjes opzoeken van wat moet en kan. En er overheen durven kijken. Waar ik ook benieuwd naar ben: hoe krijg je de huurder mee? Voor die klant doen we het, die leeft er in. Huurders zijn belangrijke partners van de corporaties.’
Praktisch
Jurylid zijn vindt Norder een erebaan. ‘Ik mag resultaten bekijken en dat is erg leuk. Ik ga er vooral op letten of een concept werkt. Ideeën zullen er genoeg zijn, maar wat mij boeit: is het praktisch en uitvoerbaar? Gaat de vlieger op deze manier vliegen? Ik laat me graag inspireren. Wat we hier zien, kunnen we ook uitdragen aan andere corporaties. Hoort en zegt het voort.’
Hoger niveau
Kennisdelen is belangrijk, aldus Norder. ‘Er zit een grens aan de kennis en kunde van individuele organisaties. Ik denk dat je meer bereikt als je op het gebied van renovaties en circulair bouwen de krachten bundelt. Gelukkig zie ik dat corporaties dat steeds meer beseffen. Kennisdeling tilt al die organisaties naar een hoger niveau. Bovendien word je als corporatie zo een professionelere opdrachtgever voor bijvoorbeeld de bouwbedrijven die je inzet voor je projecten.’
Op het pad van circulariteit hebben we nog wel een weg te gaan, meent Norder. ‘Laten we eerst zorgen dat dit gaat werken – one step at the time. Gewoon aan de slag gaan, mensen enthousiast maken voor circulair bouwen en van daaruit verder kijken.’